Duurzaamheidsinformatie SNPS
Deze informatie dient te voldoen aan de informatieverschaffing vereisten onder Verordening (EU) 2019/2088 van het Europees Parlement en de Raad van 27 november 2019 inzake openbaarmaking van informatie over duurzaamheid in de financiële dienstensector (Sustainable Finance Disclosure Regulation; ‘SFDR’) en de Gedelegeerde Verordening (EU) 2022/1288 van de Commissie (SFDR Regulatory Technical Standards (RTS)).
SNPS streeft naar duurzame ontwikkeling en een sterke maatschappelijke 'license to operate'. SNPS bestaat uit 5 bouwstenen: 3 Life Cycle Portefeuilles (LCP) en 2 portefeuilles voor Collectief Variabel Pensioen (CVP). Op basis van de samenstelling van de bouwstenen waarin wordt belegd, wordt onderscheid gemaakt tussen 4 onderliggende pensioenregelingen (zie tabel 1 onder Geen duurzame beleggingsdoelstelling). Deze pensioenregelingen promoten ecologische (E) of sociale (S) kenmerken, maar hebben geen duurzame beleggingsdoelstelling zoals gedefinieerd in de SFDR. Daarmee worden de pensioenregelingen geclassificeerd als Artikel 8 financiële producten zoals gedefinieerd in de SFDR.
De pensioenregelingen van SNPS promoten de volgende E&S-kenmerken:
• Verbeterde governance
De pensioenregelingen bevorderen verbeterde governance (bestuur) in het aandelen wereld mandaat door een hogere governance-rating te realiseren ten opzichte van de benchmark.
• CO2-reductie
De pensioenregelingen promoten CO2-reductie in het aandelen wereld mandaat door een lagere CO2-intensiteit te realiseren ten opzichte van de benchmark. Daarbij hebben de pensioenregelingen als doelstelling om een 15% lagere CO2-intensiteit te realiseren ten opzichte van de benchmark.
• Uitsluiten van controversiële wapens
De pensioenregelingen promoten het uitbannen van controversiële wapens door ondernemingen die betrokken zijn bij de productie, distributie of verkoop van controversiële wapens uit te sluiten.
SNPS heeft acht beleggingsovertuigingen, waaronder het integreren van Environmental, Social en Governance (ESG)-factoren in de beleggingscyclus, die het uitgangspunt zijn voor de beleggingsstrategie. Deze beleggingsovertuigingen worden verder toegelicht in de Verklaring beleggingsbeginselen (pdf). Naast deze beleggingsovertuigingen past SNPS ook een Maatschappelijk Verantwoord Beleggingsbeleid (MVB-beleid) toe zowel voor als na het aankopen van beleggingen. Dit wordt gedaan door de ESG-dienstverleners Achmea Investment Management B.V. (Achmea IM), waaraan SNPS het vermogensbeheer heeft uitbesteed, en EOS at Federated Hermes (EOS), waarvan SNPS engagement diensten inkoopt.
In het MVB-beleid geeft SNPS prioriteit aan thematische aandachtgebieden die mede gebaseerd zijn op voorkeuren van deelnemers. Ook neemt SNPS bij de ontwikkeling van het MVB-beleid naast wetgeving ook (inter)nationale codes en richtlijnen als uitgangspunt waaronder het IMVB-convenant, UN Global Compact (UNGC), UN Guiding Principles on Business and Human Rights (UNGP), UN Sustainable Development Goals (SDG’s) en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen.
De E&S-kenmerken die door SNPS worden gepromoot worden inzichtelijk gemaakt door middel van duurzaamheidsindicatoren. Deze duurzaamheidsindicatoren, welke gebaseerd zijn op metingen ten opzichte van generieke benchmarks en internationale codes en richtlijnen, worden gedurende de levensduur van de pensioenregelingen door de ESG-dienstverleners gemonitord en op kwartaalbasis gerapporteerd aan SNPS. Binnen de pensioenregelingen is 0-30% van de beleggingen in lijn met de drie E&S kenmerken die SNPS promoot. Dit percentage is gebaseerd op reeds beschikbare data. Binnen de bouwstenen Rendement, CVP netto en CVP bruto wordt ook belegd in aandelen opkomende markten, high yield, Nederlandse hypotheken en staatsobligatie beleggingsfondsen, waarin ESG-criteria zijn opgenomen. Deze beleggingsfondsen kunnen echter (nog) niet worden meegeteld als E&S-kenmerk, aangezien ze (nog) niet als zodanig kunnen worden gemeten. Zodra data binnen deze beleggingsfondsen beschikbaar wordt gesteld aan het einde van Q2 2023, zal het percentage van beleggingen wat in lijn is met de drie E&S-kenmerken significant stijgen.
De ESG-dienstverleners van SNPS gebruiken externe gegevens bij het meten en monitoren van de ESG-prestaties van ondernemingen waarin wordt belegd. Om de kwaliteit van de data te waarborgen worden externe dataproviders uitgebreid onderzocht tijdens het selectieproces, worden doorlopend steekproefsgewijze controles van gegevens uitgevoerd, worden incomplete data niet meegenomen in berekeningen en beleggingsbeslissingen en worden data, waar mogelijk, geautomatiseerd ingelezen in administratiesystemen door de ESG-dienstverleners. Hiermee proberen de ESG-dienstverleners van SNPS ervoor te zorgen dat mogelijke beperkingen aan de gehanteerde methodologieën en gegevens zo min mogelijk invloed hebben op de wijze waarop E&S-kenmerken worden bepaald.
SNPS zoekt via ESG-dienstverlener EOS, en externe fondsbeheerders zowel proactief als reactief de dialoog met de leiding van ondernemingen. Enerzijds via proactieve engagement, waarbij ondernemingen worden gestimuleerd om verbeteringen aan te brengen op specifieke thema’s (‘do good’). Anderzijds via reactieve engagement (‘do no harm’) waaronder schending van de UN Global Compact Principles. Op kwartaalbasis worden de ondernemingen binnen de beleggingen van SNPS geanalyseerd op controversiële kwesties door EOS. Deze analyses worden gebruikt voor (1) de invulling van het stembeleid, (2) het besluit om tot engagement over te gaan, (3) het beoordelen van de voortgang van engagement en (4) het besluit om ondernemingen uit te sluiten als er geen vooruitgang wordt geboekt bij overtredingen van de UN Global Compact. Op pre-trade basis worden ondernemingen die niet voldoen aan de internationale codes en richtlijnen met betrekking tot goed bestuur uitgesloten. Op post-trade basis wordt met deze ondernemingen overgegaan tot engagement. Als er geen vooruitgang wordt geboekt kan er alsnog voor worden gekozen om die ondernemingen uit te sluiten.
SNPS maakt gebruik van referentiebenchmarks voor het bereiken, of het monitoren van het bereiken, van enkele van de E&S kenmerken die door SNPS worden gepromoot. Dit betreft de kenmerken ‘verbeterde governance’ en ‘CO2-reductie’ met betrekking tot het aandelen wereld mandaat.
SNPS streeft naar duurzame ontwikkeling en een sterke maatschappelijke ‘license to operate’ waarbij zowel de belangen van (gewezen) deelnemers, gepensioneerden als die van de samenleving behartigd worden. Naast belangrijke overwegingen over rendement en risico wordt in het beleggingsproces ook rekening gehouden met Environmental, Social en Governance- overwegingen (ESG). SNPS heeft deze geloofsovertuigingen verankerd in een Maatschappelijk Verantwoord Beleggingsbeleid (MVB-beleid). Lees meer bij Verantwoord beleggen SNPS.
SNPS bestaat uit verschillende bouwstenen. Op basis van de samenstelling van de bouwstenen waarin wordt belegd, wordt onderscheid gemaakt tussen 4 onderliggende pensioenregelingen (tabel 1). Deze pensioenregelingen promoten E&S-kenmerken, maar hebben geen duurzame beleggingsdoelstelling zoals gedefinieerd in de SFDR. Daarmee worden de pensioenregelingen geclassificeerd als artikel 8 financiële producten zoals gedefinieerd in de SFDR.
Pensioenregeling | Bouwstenen | Indienstreding voor of na 1 juli 2013 | Keuzeprofiel | Deelname Collectief Variabel Pensioen (CVP) (default) |
Pensioenregeling 1 | LCP Rendement, LCP Rente | Na | Offensief | Ja |
LCP Rendement, LCP Rente | Na | Neutraal | Ja | |
LCP Rendement, LCP Rente | Na | Defensief | Ja | |
LCP Rendement, LCP Rente | Voor | Neutraal | Ja | |
LCP Rendement, LCP Rente | Voor | Defensief | Ja | |
Pensioenregeling 2 | LCP Rendement | Voor | Offensief | Ja |
Pensioenregeling 3 |
LCP Rendement, LCP Rente, LCP Matching | Na |
Offensief |
Nee |
LCP Rendement, LCP Rente, LCP Matching | Na |
Neutraal |
Nee |
|
LCP Rendement, LCP Rente, LCP Matching | Na |
Defensief |
Nee |
|
LCP Rendement, LCP Rente, LCP Matching | Voor |
Offensief |
Nee |
|
LCP Rendement, LCP Rente, LCP Matching | Voor |
Neutraal |
Nee |
|
LCP Rendement, LCP Rente, LCP Matching | Voor |
Defensief |
Nee |
|
Pensioenregeling 4 (uitkeringsfase) | CVP (Netto) |
N.v.t. |
CVP Netto |
- |
CVP (Bruto) | N.v.t. | CVP Bruto | - |
Tabel 1. Samenstelling pensioenregelingen
Deelnemers kunnen in het jaar voor leeftijd 58 een keuze maken of zij willen deelnemen aan het CVP. De samenstelling van bouwstenen is voor deelnemers onder leeftijd 58 hetzelfde ongeacht de keuze van wel of niet deelnemen aan het CVP. Bouwstenen verschillen uiteraard wel afhankelijk van keuze profiel (defensief, neutraal of offensief) en indiensttreding voor of na 1 juli 2013.
De pensioenregelingen promoten de volgende E&S-kenmerken:
• Verbeterde governance
De pensioenregelingen bevorderen verbeterde governance (bestuur) in het aandelen wereld mandaat door een hogere governance-rating* te realiseren ten opzichte van de benchmark**.
• CO2-reductie
De pensioenregelingen promoten CO2-reductie in het aandelen wereld mandaat door een lagere CO2-intensiteit te realiseren ten opzichte van de benchmark***. Daarbij hebben de pensioenregelingen als doelstelling om een 15% lagere CO2-intensiteit te realiseren ten opzichte van de benchmark.
• Uitsluiten van controversiële wapens
De pensioenregelingen promoten het uitbannen van controversiële wapens door ondernemingen die betrokken zijn bij de productie, distributie of verkoop van controversiële wapens uit te sluiten.
Op pre-trade basis worden ondernemingen die zeer slecht**** presteren op het gebied van good governance, door internationale normen te schenden, uitgesloten. Op post-trade basis wordt met deze ondernemingen overgegaan tot engagement. Indien er geen vooruitgang wordt geboekt kan er alsnog voor worden gekozen om desbetreffende ondernemingen uit te sluiten.
*Een governance-rating is onderdeel van een ESG-rating, wat een meting is van prestaties op diverse ESG-criteria. Er zijn verschillende instituten die een ESG-rating bepalen. De pensioenregelingen van SNPS maken gebruik van de ESG-ratings van MSCI.
**De benchmark is in dit geval de generieke MSCI World Index die bestaat uit meer dan 1,500 aandelen van grote en middelgrote bedrijven (large- en mid-cap) in 23 ontwikkelde markten.
***De benchmark is in dit geval de carbon metric data set van de generieke MSCI World Index die bestaat uit meer dan 1,500 aandelen van grote en middelgrote ondernemingen (large- en mid-cap) in 23 ontwikkelde markten.
****Onder ‘slecht’ worden ondernemingen verstaan waarvoor ISS ESG de status ‘rood’ heeft toegekend. ISS ESG kent deze status toe als er sprake is van geverifieerde schending van internationale normen. Hiervoor moet aan twee voorwaarden worden voldaan: de schending is geverifieerd door een gezaghebbende instantie en de onderneming heeft de schending niet geadresseerd.
Het is de visie van SNPS dat verantwoord beleggen bijdraagt aan langetermijnwaardecreatie en dat betrokken aandeelhouderschap goed bestuur en verantwoord ondernemen stimuleert. SNPS heeft acht beleggingsovertuigingen die het uitgangspunt zijn voor de beleggingsstrategie:
1. Het bewust nemen van beleggingsrisico’s is noodzakelijk om rendement te genereren, onbeloonde risico’s dienen daarentegen zoveel mogelijk te worden afgedekt, daar waar dit (economisch) zinvol is.
2. Diversificatie van beleggingen verbetert het risico-rendementsprofiel van de gehele beleggingsportefeuille waarbij nadrukkelijk rekening wordt gehouden met de onderliggende risico- en rendementsbronnen.
3. Leeftijdsafhankelijk beleggen geeft deelnemers een solide basis voor een optimaal risicogewogen (pensioen)resultaat.
4. De governance van het pensioenfonds dient aan te sluiten bij de mate van complexiteit van de beleggingsstrategieën en onderliggende portefeuilles.
5. Interne en externe expertise, gecombineerd met robuuste countervailing power, leidt tot weloverwogen beleggingsbeslissingen.
6. Betrokken eigenaarschap stimuleert goed bestuur en maatschappelijk verantwoord ondernemen. Integratie van ‘ESG-factoren' is essentieel in de beleggingscyclus en leidt tot een verbetering van het risico-rendementsprofiel.
7. Actief beheer kan waarde toevoegen omdat niet alle markten altijd even efficiënt zijn.
8. Additionele kosten zijn, binnen bepaalde grenzen, acceptabel voor het genereren van extra verwacht rendement, het beter beheersen van risico’s of het realiseren van belangrijke beleggingsdoelstellingen.
Naast deze beleggingsovertuigingen past SNPS ook het MVB-beleid toe zowel voor als na het aankopen van beleggingen. Dit wordt gedaan door de ESG-dienstverleners Achmea Investment Management B.V. (Achmea IM), waar SNPS het vermogensbeheer aan heeft uitbesteed, en EOS at Federated Hermes (EOS), waarvan SNPS engagement diensten inkoopt. In het MVB-beleid geeft SNPS prioriteit aan thematische aandachtgebieden die mede gebaseerd zijn op voorkeuren van deelnemers. Ook neemt SNPS bij de ontwikkeling van het MVB-beleid naast wetgeving ook (inter)nationale codes en richtlijnen als uitgangspunt waaronder het IMVB-convenant, UN Global Compact (UNGC), UN Guiding Principles on Business and Human Rights (UNGP), UN Sustainable Development Goals (SDG’s) en de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen.
Het MVB-beleid wordt uitgevoerd door middel van de volgende instrumenten:
• Selectie en toezicht externe managers
Door bij de keuze voor een externe fondsbeheerder mee te wegen dat deze duurzaamheidscriteria en langetermijnwaardecreatie als leidend principe hanteert.
• ESG-integratie
Door ESG-factoren mee te nemen bij de afwegingen tijdens het beleggingsproces.
• Engagement en stembeleid
Door zowel proactief als reactief de dialoog met de leiding van ondernemingen aan te gaan en middels ‘voting’ de ESG-visie van SNPS tot uiting te brengen.
• Uitsluitingsbeleid
Door, naast ondernemingen die betrokken zijn bij de productie, distributie of verkoop van controversiële wapens en ondernemingen die, op pre-trade basis, zeer slecht presteren op het gebied van good governance1, ook ondernemingen uit te sluiten die geen vooruitgang boeken op het vlak van duurzaam ondernemen.
SNPS belegt zijn vermogen voor een groot deel in beleggingsfondsen die door externe vermogensbeheerders worden beheerd. SNPS is hierbij geen juridisch eigenaar van de beleggingen die in deze fondsen worden aangehouden en past om die reden bij deze beleggingsfondsen een afgeleid ‘responsible ownership’ visie toe. Dit betekent dat SNPS aan externe vermogensbeheerders bepaalde eisen stelt waaronder het hebben en uitvoeren van een passend engagement- en stembeleid en het leveren van transparante rapportages daarover. Een deel van het vermogen van SNPS wordt direct belegd via het aandelen wereld mandaat. Hierin past SNPS, via EOS, engagement toe met ondernemingen waarin SNPS belegt. Doordat SNPS gelooft in engagement als instrument om duurzame verandering te bewerkstelligen, wordt uitsluiting uitgevoerd als ‘ultimum remedium’, wanneer engagement herhaaldelijk ineffectief/onmogelijk is gebleken. Hierover wordt van geval tot geval geoordeeld.
*Onder ‘slecht’ worden ondernemingen verstaan waarvoor ISS ESG de status ‘rood’ heeft toegekend. ISS ESG kent deze status toe als er sprake is van geverifieerde schending van internationale normen. Hiervoor moet aan twee voorwaarden worden voldaan: de schending is geverifieerd door een gezaghebbende instantie en de onderneming heeft de schending niet geadresseerd.
In onderstaande tabel is inzichtelijk gemaakt voor elke pensioenregeling welk percentage van de beleggingen binnen de onderliggende bouwstenen in lijn is met E&S-kenmerken.
Pensioenregeling | Bouwstenen | #1 Afgestemd op E&S-kenmerken | #2 Overige |
Pensioenregeling 1 | LCP Rendement | 30% | 70% |
LCP Rente | 0% | 100% | |
Pensioenregeling 2 | LCP Rendement | 30% | 70% |
Pensioenregeling 3 | LCP Rendement | 30% | 70% |
LCP Rente | 0% | 100% | |
LCP Matching | 0% | 100% | |
Pensioenregeling 4 (uitkeringsfase) | CVP netto | 12% | 88% |
CVP bruto | 12% | 88% |
Tabel 2. Percentage beleggingen in lijn met E&S-kenmerken
Het percentage van de beleggingen binnen de bouwstenen wat in lijn is met de E&S-kenmerken is gebaseerd op reeds beschikbare data. Binnen Rendement, CVP netto en CVP bruto wordt ook belegd in aandelen opkomende markten, high yield, Nederlandse hypotheken en staatsobligatie beleggingsfondsen, waarin ESG-criteria zijn opgenomen. Deze beleggingsfondsen kunnen echter (nog) niet worden meegeteld als E&S-kenmerk, aangezien ze (nog) niet als zodanig kunnen worden gemeten. Zodra data binnen deze beleggingsfondsen beschikbaar wordt gesteld aan het einde van Q2 2023, zal het percentage van de beleggingen wat in lijn is met de E&S-kenmerken significant stijgen.
Het exacte percentage van de beleggingen dat in lijn is met E&S-kenmerken verschilt per deelnemer (behalve deelnemers in CVP netto en CVP bruto), aangezien de verhouding tussen de bouwstenen waarin wordt belegd, gebaseerd is op leeftijdscohorten.
De E&S-kenmerken die door SNPS worden gepromoot worden inzichtelijk gemaakt door middel van de volgende duurzaamheidsindicatoren:
• Verbeterde governance
De gewogen governance-rating* in het aandelen wereld mandaat.
• CO2-reductie
De CO2-reductie van de beleggingsportefeuille in het aandelen wereld mandaat.
• Uitsluiting van controversiële wapens
Het percentage uitgesloten ondernemingen van de beleggingsportefeuille die betrokken zijn bij de productie, distributie of verkoop van controversiële wapens.
Deze duurzaamheidsindicatoren worden gedurende de levensduur van de pensioenregelingen gemonitord en aan SNPS gerapporteerd door ESG-dienstverleners EOS (screening van controversiële wapens) en Achmea IM (verbeterde governance, CO2-reductie en uitsluiting van controversiële wapens). Op dit proces worden kwaliteitsstandaarden en beheersmaatregelen in de vorm van een gegevensleveringsovereenkomst met externe dataproviders door EOS en Achmea IM toegepast, waarmee data- en plausibiliteitscontroles geborgd zijn. De resultaten van dit rapportageproces worden meegenomen in de periodieke rapportage van SNPS.
*Een governance-rating is onderdeel van een ESG-rating, wat een meting is van prestaties op diverse ESG-criteria. Er zijn verschillende instituten die een ESG-rating bepalen. De pensioenregelingen van SNPS maken gebruik van de ESG-ratings van MSCI.
Om te meten hoe de door SNPS gepromote E&S kenmerken worden behaald worden de volgende methodologieën toegepast:
• Aan de hand van externe data wordt de gewogen governance-rating* van het aandelen wereld mandaat gemeten ten opzichte van de benchmark**.
• Om de CO2-voetafdruk van het aandelen wereld mandaat te meten ten opzichte van de benchmark***, wordt eerst van alle ondernemingen de totale uitstoot van broeikasgassen per jaar berekend. Er wordt daarbij zowel gekeken naar de uitstoot die de onderneming zelf veroorzaakt door bedrijfsactiviteiten (scope 1 volgens het Greenhouse Gas Protocol****), als naar de uitstoot die samenhangt met de productie van energie die de onderneming inkoopt (scope 2 volgens het Greenhouse Gas Protocol). Dit wordt gedeeld door de ondernemingswaarde inclusief contanten (EVIC) in datzelfde jaar. De uitkomst hiervan geeft weer hoeveel broeikasgassen een onderneming uitstoot voor elke euro aan financiering. Om tot de CO2-voetafdruk van het aandelen wereld mandaat te komen, wordt het gewogen gemiddelde van de CO2-voetafdrukken berekend van alle ondernemingen waarin wordt belegd in het aandelen wereld mandaat. De ondernemingen waarin veel wordt belegd wegen dus zwaarder mee. Ondernemingen waarvan de data ontbreken, krijgen effectief het portefeuille gemiddelde toegewezen.
• Een externe dataprovider (zie Databronnen en verwerking), stelt ieder halfjaar vast welke ondernemingen betrokken zijn bij de productie van controversiële wapens. Daartoe bekijkt de dataprovider het gehele beleggingsuniversum. Wanneer betrokkenheid wordt vastgesteld, leidt dit tot uitsluiting. De criteria voor uitsluiting zijn te vinden in het MVB-beleid. Lees hier meer over bij Verantwoord beleggen SNPS.
*Een governance-rating is onderdeel van een ESG-rating, wat een meting is van prestaties op diverse ESG-criteria. Er zijn verschillende instituten die een ESG-rating bepalen. De pensioenregelingen van SNPS maken gebruik van de ESG-ratings van MSCI.
**De benchmark is in dit geval de generieke MSCI World Index die bestaat uit meer dan 1,500 aandelen van grote en middelgrote bedrijven (large- en mid-cap) in 23 ontwikkelde markten.
***De benchmark is in dit geval de carbon metric data set van de generieke MSCI World Index die bestaat uit meer dan 1,500 aandelen van grote en middelgrote ondernemingen (large- en mid-cap) in 23 ontwikkelde markten.
****Het Greenhouse Gas Protocol is een wereldwijde standaard voor het meten en rapporteren van de uitstoot van broeikasgassen door ondernemingen en organisaties.
De ESG-dienstverleners van SNPS, EOS en Achmea IM, gebruiken externe gegevens als input voor duurzame beleggingsprocessen. De voorkeur gaat uit naar gestandaardiseerde gegevens waar mogelijk, zoals gegevens van onafhankelijke dataproviders ISS ESG, MSCI ESG en Sustainalytics. Voorafgaand voeren ESG-dienstverleners EOS en Achmea IM onderzoek uit naar potentiële dataproviders om vast te stellen of de data (I) geschikt zijn voor het doel waarvoor de data zal worden gebruikt, (II) overeenkomen met het beleggingsuniversum en (III) van voldoende kwaliteit zijn.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de gebruikte databronnen door EOS en Achmea IM per E&S-kenmerk.
E&S-kenmerk | Indicator | Databron |
Verbeterde governance | Governance-rating | MSCI ESG |
CO2-reductie | CO2-voetafdruk van portefeuille (CO2 / EVIC) | MSCI ESG / Factset |
Uitsluiting controversiële wapens (screening) | Betrokkenheid bij productie van controversiële wapens | ISS ESG / Sustainalytics |
Tabel 3. Databronnen
De gegevens van de geselecteerde externe dataproviders zijn in de meeste gevallen leidend bij het toepassen van het uitsluitingsbeleid en de ESG-integratie. In het geval van normatieve uitsluitingen (uitsluitingen gebaseerd op het mogelijk schenden van internationaal aanvaarde normen) wordt een kwalitatieve afweging gemaakt, waarbij de input van dataproviders wordt meegewogen, maar niet leidend is.
De gegevenskwaliteit van elke dataprovider wordt door EOS en Achmea IM onderzocht tijdens het selectieproces van de dataprovider. Dit proces omvat activiteiten zoals het beoordelen van het datamodel, statistische controles en het beoordelen van de dekking van de gegevens op de benchmarks en portefeuilles. Waar relevant wordt de impact van verschillende gegevensbronnen op beleggingsbeslissingen ex-ante getoetst door de ESG-dienstverleners, bijvoorbeeld wanneer het gaat om het inzichtelijk maken van de financiële impact van uitsluitingen op het rendement. Via deze stappen streven de ESG-dienstverleners van SNPS naar een voldoende mate van vertrouwen in de gekozen gegevens en dataproviders.
Daarnaast worden doorlopend steekproefsgewijze controles van gegevens uitgevoerd door EOS en Achmea IM. Bijzondere constateringen worden besproken met de relevante dataprovider. Dit kan leiden tot ad hoc aanpassingen van externe gegevens of tot structurele aanpassingen in het gebruik van gegevens. Het overschrijven van gegevens en/of het hanteren van alternatieve gegevens wordt onderbouwd gedocumenteerd. Periodiek vindt er door de ESG-dienstverleners een uitgebreidere evaluatie plaats van de geselecteerde dataproviders en geselecteerde gegevens. Deze evaluatie kan leiden tot het beëindigen van de samenwerking met een dataprovider dan wel tot de selectie van een andere dataprovider.
Waar mogelijk worden de gegevens geautomatiseerd in het administratiesysteem van EOS en Achmea IM ingelezen via een API (een datalink tussen de dataprovider en de systemen van SNPS) en via het administratiesysteem gebruikt voor beleggingsprocessen en rapportagedoeleinden. Voor enkele beleggingsprocessen vindt toegang tot de gegevens plaats via platforms van derde partijen. De gegevens voor de uitsluitingsprocessen worden verwerkt in een database en via automatisch gegenereerde Excel templates gedeeld met de vermogensbeheerders binnen het aandelen wereld mandaat dan wel SNPS.
EOS en Achmea IM maken zelf geen schattingen in de data, maar kopen data in. Als er geen data beschikbaar is, is er geen grond voor acties.
Er zitten enkele beperkingen aan de gehanteerde methodologie en gegevens.
De belangrijkste beperking op het gebied van 'verbeterde governance’ binnen het aandeel wereld mandaat is dat ESG-ratings, en daarmee governance-ratings als onderdeel van ESG-ratings, in aanleg subjectief zijn en deels bepaald worden door een kwalitatief waardeoordeel vanuit een dataprovider. Er zijn geen ESG-materialiteitsmatrices voorhanden waar markt breed overeenstemming over is bereikt. Een ESG-rating is in belangrijke mate dus afhankelijk van het relatieve belang dat de dataprovider hecht aan verschillende attributen wat leidt tot subjectiviteit in de ESG-rating.
Daarnaast leidt inconsistentie in de onderliggende onbewerkte gegevens vanuit de ondernemingen ertoe dat ondernemingen onderling niet op dezelfde voet vergeleken kunnen worden. Dit kan resulteren in verschillende beoordelingen voor gelijkwaardige ondernemingen in een sector. Aanvullende tekortkomingen zijn een gebrek aan dekking van een specifieke sector of een type entiteit, onvoldoende gedetailleerdheid van gegevens en een gebrek aan transparantie over de methodologieën die zijn gebruikt voor specifieke elementen van de ESG-rating. Door zowel in het selectieproces van dataproviders als in de keuze voor het wel of niet baseren van beleggingsbeslissingen op ESG-ratings rekening te houden met deze mogelijke beperkingen, probeert ESG-dienstverlener Achmea IM ervoor te zorgen dat de beperkingen zo min mogelijk invloed hebben op de wijze waarop de E&S-kenmerk wordt behaald.
De belangrijkste beperking op het gebied van ‘CO2-reductie’ in het aandelen wereld mandaat is dat in sommige gevallen emissiegegevens niet direct beschikbaar zijn en dat huidig gehanteerde methodes voor het modelleren van scope 3 emissies nog tekortschieten. Door gebruik te maken van gemodelleerde emissiegegevens waar deze niet direct beschikbaar zijn en door scope 3 emissie data niet mee te nemen in berekeningen en beleggingsbeslissingen probeert Achmea IM ervoor te zorgen dat de mogelijke beperkingen zo min mogelijk invloed hebben op de wijze waarop de E&S-kenmerk wordt behaald.
De belangrijkste beperking op het gebied van ‘uitsluiting van controversiële wapens’ is dat er wordt vertrouwd op het oordeel van de geselecteerde externe dataprovider. De dataprovider hanteert bij het opstellen van een oordeel ten aanzien van een onderneming zowel bronnen afkomstig van de onderneming in kwestie als bronnen vanuit publiek beschikbare documenten. Deze kunnen afkomstig zijn van maatschappelijke organisaties, wetenschappelijke publicaties, brancheorganisaties, intergouvernementele organisaties, (lokale) overheden, etcetera.
Op basis van de beschikbare bronnen maakt de externe dataprovider een gefundeerde inschatting of en in welke mate een onderneming betrokken is bij een product waar een uitsluitingsgrond voor van kracht is. Door voldoende controles te verrichten van zowel de dataprovider als de gegevens die worden aangeleverd door de dataprovider (kijk ook bij Databronnen en verwerking) proberen de ESG-dienstverleners van SNPS ervoor te zorgen dat de mogelijke beperkingen zo min mogelijk invloed hebben op de wijze waarop de E&S-kenmerk wordt behaald.
ESG-factoren worden meegenomen bij de afwegingen tijdens het beleggingsproces. Bij de keuze voor een externe fondsbeheerder laat SNPS meewegen dat deze duurzaamheidscriteria en langetermijnwaardecreatie als leidend principe hanteert bij de invulling van het beleggingsbeleid van het beleggingsfonds waarin SNPS overweegt te beleggen. SNPS laat zich hierbij bijstaan door Achmea IM. Daarnaast wordt zowel aan het begin van het beleggingsproces als periodiek erna gescreend op de ESG-prestaties van de beleggingsfondsen waarin SNPS belegt.
Engagement is het aanwenden van de invloed van SNPS om duurzame verbeteringen te bewerkstelligen op onderwerpen van milieu- en sociaal beleid en governance. SNPS zoekt via ESG-dienstverlener EOS, en externe fondsbeheerders zowel proactief als reactief de dialoog met de leiding van ondernemingen. Enerzijds via proactieve engagement, waarbij ondernemingen worden gestimuleerd om verbeteringen aan te brengen op specifieke thema’s (‘do good’). Anderzijds via reactieve engagement (‘do no harm’) waaronder schending van de UN Global Compact Principles.
Op kwartaalbasis worden de ondernemingen binnen de beleggingen van SNPS geanalyseerd op controversiële kwesties door EOS. Deze analyses worden gebruikt voor:
1. de invulling van het stembeleid
2. het besluit om tot engagement over te gaan
3. het beoordelen van de voortgang van engagement
4. het besluit om ondernemingen uit te sluiten als er geen vooruitgang wordt geboekt bij overtredingen van de UN Global Compact. Hierbij worden de (potentiële) negatieve gevolgen van de uitsluiting, en daarmee het verlies van invloed op een bedrijf, op maatschappelijke stakeholders en milieu meegenomen.
SNPS doet in ieder kwartaal op deze website verslag over de uitvoering van het stem- en engagementbeleid. De gevoerde engagements en het stembeleid worden hierbij uitgesplitst naar regio, uitgebrachte stemmen en onderwerpen waarbij SNPS, via EOS, heeft tegengestemd of zich van stemming heeft onthouden. Het beleid wordt wereldwijd toegepast. Onderdeel van het beleid is dat SNPS geen (openbare) mededelingen doet over engagement- en stembeleid voor individuele ondernemingen waarin wordt belegd, onder meer omdat dit de effectiviteit van het stem- en engagementbeleid negatief kan beïnvloeden.
De ESG-dienstverlener van SNPS, Achmea IM, maakt gebruik van referentiebenchmarks voor het bereiken, of het monitoren van het bereiken, van enkele van de E&S-kenmerken die door SNPS worden gepromoot. Dit betreft de kenmerken ‘verbeterde governance’ en ‘CO2-reductie’ met betrekking tot het aandelen wereld mandaat.
Voor de kenmerk ‘verbeterde governance’ wordt gebruik gemaakt van de governance-rating (wat onderdeel is van de ESG-rating) van de generieke MSCI World Index die bestaat uit meer dan 1,500 aandelen van grote en middelgrote ondernemingen (large- en mid-cap) in 23 ontwikkelde markten. Het aandelen wereld mandaat wordt vergeleken met de MSCI World Index benchmark en waar nodig aangepast om ervoor te zorgen dat de governance-rating van het aandelen wereld mandaat te allen tijde hoger is dan de benchmark.
Voor het kenmerk ‘CO2-reductie’ wordt gebruik gemaakt van de carbon metric data set van de generieke MSCI World Index die bestaat uit meer dan 1,500 aandelen van grote en middelgrote ondernemingen (large- en mid-cap) in 23 ontwikkelde markten. Het aandelen wereld mandaat wordt vergeleken met de MSCI World Index benchmark en waar nodig aangepast om ervoor te zorgen dat de CO2-voetafdruk van het aandelen wereld mandaat te allen tijde 15% lager is dan de benchmark.